Zo bepaal je de juiste maat van je wandelschoenen

Het materiaal van de wandelschoenen heeft absoluut invloed op de pasvorm van je schoenen en daarmee dus ook op de maat. De ene wandelschoen is compleet van leer gemaakt terwijl de ander bijvoorbeeld inzetstukken van textiel heeft. Volgens Hanwag past een wandelschoen of bergschoen met een leren voering zich beter aan aan de vorm van je voet dan een schoen met een andersoortige voering. Leren wandelschoenen moet je echter wel goed inlopen. Maar let op: het is een fabeltje dat de pasvorm van je schoenen verbetert dankzij het inlopen. Het is dus voor een goede pasvorm extra belangrijk om altijd wandelschoenen in de juiste maat aan te schaffen.

Door je voeten te laten opmeten, kun je jezelf behoeden voor een miskoop bij het shoppen van wandelschoenen. Je kunt hiervoor een afspraak maken bij een wandelspeciaalzaak. Neem vooral ook je oude wandelschoenen mee, zodat de specialist kan meekijken naar de loopstijl en slijtageplekken. Vervolgens doe je een voetscan, waardoor je de drukpunten en maat te weten komt. Hierna volgt meestal nog een loopanalyse op film. Je ziet dan precies de stand van je benen en voeten. Mocht het noodzakelijk zijn, dan kun je ook nog een zooltje aangemeten krijgen, zodat je schoenen nog beter passen.

1. Je kunt je schoenen het beste op het einde van de middag of ’s avonds passen. De reden hiervoor is dat je voeten gedurende de dag een beetje opzwellen, net als tijdens het wandelen. Pas je de wandelschoenen in de ochtend, dan loop je het risico dat ze later toch te strak zitten.
   
   
2. Draag tijdens het passen dezelfde sokken die je ook tijdens het wandelen zou dragen.
   
   
3. Neem de tijd voor het passen. Als druk- of wrijfpunten na een half uur niet verdwijnen, dan zal dat zeer waarschijnlijk ook niet gebeuren tijdens het wandelen.
   
   
4. Probeer ook stukje berg-op en berg-af te wandelen. Bij een specialistische retailer kan dit vaak in een testhoek met een nagebootste helling. Let op of je tenen niet teveel tegen de voorkant van je schoenen zitten tijdens het afdalen.
   
   
5. Sluit de hiel goed aan? Van een te brede hielkap waarin je wegglijdt, krijg je geheid blaren. Ook hierbij helpt het om een stukje te klimmen en dalen. Beweegt je hiel dan?
   
   
6. Hoe zit het met de bewegingsruimte van je tenen? Dit is extra belangrijk voor bergwandelaars. Dan kan een gebrek aan ruimte bij de tenen namelijk leiden tot bevriezingsverschijnselen. Klimmers hebben juist strakkere schoenen nodig, omdat contact met de rots dan belangrijker is dan het comfort bij het afdalen. Er is ook een ander uiterste: je voorvoet mag nooit in de schoen ‘zwemmen’.