Tips bij het kopen van wandelsokken
De sok is niet bepaald het spannendste onderdeel van je wandeluitrusting. Toch kan hij je wandeling maken of breken. Goed gekozen wandelsokken kunnen immers een hoop blarenleed besparen. Wandel.nl geeft tips.
De sok is niet bepaald het spannendste onderdeel van je wandeluitrusting. Toch kan hij je wandeling maken of breken. Goed gekozen wandelsokken kunnen immers een hoop blarenleed besparen. Wandel.nl geeft tips.
Er zijn mensen die nooit blaren krijgen, maar voor de meesten zijn goede wandelsokken essentieel om voetproblemen te voorkomen. Een wandel- of hikingsok heeft immers een duidelijke functie. Hij moet transpiratievocht afvoeren, wrijving tussen de wandelschoen en de voet voorkomen, z'n steentje bijdragen aan de totale schokdemping en eventueel voor warmte-isolatie zorgen:
De belangrijkste functie van de sok is misschien wel het droog houden van de voethuid. Bij droge voeten is de kans op blaren immers stukken minder. Net zoals thermo-ondergoed kunnen ook sokken prima vocht doorgeven, maar sokken hebben het bij dat doorgeven wel veel moeilijker, want ze worden omgeven door schoenen. Alleen afvoeren is dus onvoldoende, ze moeten ook een bufferfunctie hebben, oftewel vocht op kunnen slaan. De bufferfunctie van de klassieke wollen sok is uitstekend, want wol kan zeer veel vocht opnemen zonder daarbij z’n vorm en stevigheid te verliezen. Puur wol is echter niet ideaal, want het kan kriebelen en is niet erg slijtvast. Fabrikanten kiezen daarom vaak voor een combinatie van verschillende vezels in één sok: een kunstvezel aan de binnenkant om de voet droog te houden en wol aan de buitenkant, voor de bufferfunctie.
De juiste pasvorm is in de eerste plaats een kwestie van het kiezen voor de juiste schoen, maar geen enkele schoen zit als een tweede huid om je voet. Er zijn altijd onvolkomenheden en ruimtes waardoor de voeten niet maximaal worden gefixeerd in de schoen. Sokken dienen er dan voor om die ruimtes op te vullen zodat de voeten niet kunnen gaan schuiven en er geen blaarvorming optreedt. Zelf experimenteren met een iets dunnere of dikkere sok kan de pasvorm en het draagcomfort optimaliseren.
Bij iedere stap die je zet, krijgen lichaam en knieën een flinke schok te verwerken. Daar is het lichaam op berekend, maar het kan geen kwaad om het een handje te helpen. Een verende tussenzool in de schoen vangt al heel veel op en het gebruik van telescoopstokken is een ander hulpmiddel. Een sok met een verdikt, zacht en veerkrachtig voetbed, met name onder de bal van de voet, levert ook een positieve bijdrage. Door zweet en vuil kunnen sokken harder worden wat de demping niet ten goede komt. Ook dunne sokken dempen nauwelijks.
Dit speelt alleen een rol als het koud is. Is dat niet het geval dan veroorzaakt een te warme sok juist extra transpiratievocht en kies daarom nooit voor een te warme sok. Dunne sokken voldoen bij warmer weer, de tussenmaat is een prima allrounder en ideaal voor intensief wandelen terwijl de dikke sok alleen geschikt is voor lange afstanden in koud weer (en voor lang stilstaan, bijvoorbeeld op ijs).
Het voorgaande werkt allemaal het best bij een sok die goed om jouw voet past. Een blauwdruk voor de ideale pasvorm van de sok bestaat echter niet, je bent daarvoor grotendeels aangewezen op je eigen gevoel en voorkeur. Wel is het zo dat een iets te dikke of te warme sok eerder irriteert dan een iets te dunne sok. Sokken mogen ook nooit te ruim zitten, want dan kunnen ze gaan plooien wat tot irritatie en blaarvorming kan leiden. Te krap is ook niet fijn: schuurplekken of drukpunten kunnen het gevolg zijn.
Het wonderlijke is dat je in een winkel vaak niet de mogelijkheid krijgt om sokken te passen, terwijl aanbod en prijs soms fors zijn. Toch kun je met de hand al veel onderzoeken: breed of smal, dik of dun, voelt het weefsel prettig aan? Is de naad bij de tenen nauwelijks voelbaar of is die irritant verdikt? Dat laatste moet je niet hebben want dat zorgt voor drukpunten. Verder komt het voor dat er ‘maat 35 tot 41’ en ‘maat 41 tot 46’ op verpakkingen staat. Je zal maar maat 35 of 41 hebben, wat doe je dan? Je zou voor een merk kunnen kiezen dat met specifiekere maatgroepen werkt. Wil je desondanks weten of een bepaalde sok jouw maat heeft, maar je mag hem niet passen, dan is er een oud brei-trucje: probeer de sok om je vuist (duim naar binnen) te vouwen. Als hiel en teen elkaar raken zonder de sok uit te rekken, heb je de goede maat te pakken.
Steeds meer merken (Falke was in 1997 de eerste) maken anatomische wandelsokken: een ingebreide L en R vertellen je of de sok om de linker- of rechtervoet moet, want je voeten en schoenen verschillen van vorm, dus waarom je sokken niet? Om echter sokken zonder L/R nu af te doen als onvoldoende van pasvorm gaat te ver: ook voordat de anatomische sok in de schappen kwam, waren er sokken met een goede pasvorm te koop.
Er zijn specifieke dames- en herensokken. Soms maakt alleen de kleur het verschil uit, soms ook de samenstelling en pasvorm. Ten opzichte van het herenmodel is de damesuitvoering soms iets warmer, smaller en geeft iets meer demping.
Wie wandelt met kinderen, moet het belang van goede kindersokken niet onderschatten. Bij kindersokken is de maatvoering uiteraard aangepast, zijn de sokken smaller én is de kinderwandelschoen soms wat ruimer (‘op de groei’) waardoor de sok iets meer ruimte moet vullen. Een alternatief voor kindersokken is de kleinste maat damessokken.
Verreweg de meeste wandelaars kiezen voor sokken tot over de enkel (‘mid’) maar er zijn ook lange sokken. Het voordeel daarvan is dat ze onder een korte broek niet alleen de benen warm houden maar ze ook beschermen tegen bijvoorbeeld struikgewas. En in de winter hoef je met een lange sok niet snel naar een lange onderbroek te grijpen.
Compressiesokken worden de laatste jaren steeds populairder onder wandelaars. Ze zitten om je voeten en onderbenen en helpen tegen vermoeide benen tijdens het wandelen. Ze stimuleren de bloedcirculatie in je benen en zorgen er daardoor voor dat er tijdens het wandelen voldoende zuurstof naar je beenspieren gaat. Ook worden afvalstoffen uit je spieren beter afgevoerd. Je hebt hierdoor minder last van vermoeide benen en van spierpijn. De sokken bieden je dus zowel voordelen tijdens als na je wandeling. Zeker bij meerdaagse wandeltochten heb je hier profijt van, omdat je sneller herstelt en de volgende dag fitter aan je volgende wandeltocht begint. Door de steun die de sokken aan je onderbenen geven, heb je bovendien minder kans op blessures als scheenbeen- en achillespeesklachten.
Wat kan er allemaal in een wandelsok zitten, en waarom?
In een goede wandelwinkel tref je twee of meer merken sokken en per merk worden dan weer verschillende sokken voor verschillende doeleinden aangeboden: hiking-sokken (dagwandelen), trekking-sokken (meerdaagse tochten), tropensokken of wintersokken. Het verschil zit ’m in de verwerkte materialen. Op grond daarvan kunnen we ieder winkelaanbod verdelen in drie typen:
Het is dus altijd slim om je te verdiepen in de samenstelling van je eventuele aankoop, zodat je een bewustere keuze maakt.
Allereerst is het, net als bij alle andere kledingstukken, verstandig om het wasvoorschrift aan te houden. Vooral sokken waarin wol verwerkt zit, zijn namelijk kwetsbaar. Gebruik een zacht wasmiddel (wolwasmiddel) en lauw water om krimpen en vervilten te voorkomen. Uitknijpen is beter dan uitwringen of centrifugeren. Onderweg kun je het wassen beperken tot uitspoelen in liefst lauw water. Het drogen van een kunstvezel ondersok gaat supersnel, maar het drogen van een wollen sok kan een hele tijd duren.
Jeroen: "Vroeger had ik veel last van blaren, totdat ik de sokken Quechua forclaz 500 high ontdekte. Deze sokken passen zich aan de vorm van de voet aan, als een soort tweede huid. Hierdoor is er (bijna) geen kans op blaren, ook niet als je voeten week zijn door een regenbui. De sokken zijn gemaakt van 95% nylon en 5% elastan."
Heb jij ook een tip of een ervaring met wandelsokken die je met andere wandelaars wilt delen? Mail je reactie naar redactie@wandel.nl.